Nieuws Video series

Castraties bij honden en katten.

 

Een algemeen informatief stuk over de diverse mogelijkheden.

In de volksmond wordt er meestal gesproken over sterilisatie bij dieren. Maar men bedoelt eigenlijk een castratie. We geven in dit stuk onder andere informatie wat het verschil is tussen een sterilisatie en een castratie.

Castraties bij honden en katten zijn een “standaard” routine ingreep in veel dierenklinieken. Al tijdens de eerste vaccinaties bij pups en kittens wordt de vraag gesteld wanneer de pup of het kitten het beste “geholpen” kan worden? 

Voordat ik verder ga wil ik eerst de definitie van castreren en steriliseren uitleggen.
Castraties worden uitgevoerd bij vrouwelijke en mannelijke dieren. Een castratie houdt in dat de testikels, bij het mannelijk dier, en de eierstokken, bij het vrouwelijk dier, als geheel verwijderd worden.
Bij de teef en poes kan de baarmoeder in het lichaam gelaten worden. Verwijdering van een baarmoeder is niet strikt noodzakelijk.

De eierstokken en de testikels staan immers in voor de productie en het loslaten in de bloedbaan van het overgrote deel van het testosteron en oestrogeen. Respectievelijk het mannelijke en vrouwelijk geslachtshormoon. Door het verwijderen van deze geslachtsorganen grijpen we direct in op dit deel van het hormoon systeem. 

Sterilisatie is een chirurgische ingreep waarbij enkel de zaadleiders of eileider onderbonden worden. Voortplanten kan niet meer maar de eierstokken en testikels blijven aanwezig. Bij deze ingreep wordt de productie en dus ook de functie van testosteron en oestrogeen niet verstoord.

Dan is er nog de vraag wanneer is het beste tijdstip om dit te doen?
Er zijn rassen die op zeer jonge leeftijd gecastreerd worden zoals de labradoodles. Veel collega’s en de algemene tendens onder hondeneigenaren is na de eerste loopsheid / krolsheid te castreren. Als er een juist tijdstip was had moeder natuur wolven en wilde Afrikaanse katten wel automatisch gecastreerd op het “juiste” tijdstip.

Wat is nu juist of beter? Wat is nu het minst belastend voor je hond of kat? Je moet je immers beseffen dat we een orgaan uit het lichaam van je hond of kat gaan halen. Eierstokken en testikels hebben niet enkel een functie in de voortplanting. Het lichaam van je hond en kat zit als een delicaat samenwerkend geheel van weefsels en organen in elkaar. We kunnen niet zonder consequentie een orgaan verwijderen. In de natuur geldt nu eenmaal : “This for that” of ook : doe je dit dan krijg je dat.

Als we een reu of teef castreren is aangetoond dat de consequentie op termijn vaak een endocriene ziekte is. Een gecastreerde reu en teef kan een ziekte ontwikkelen als een te laag werkende schildklier (hypothyroïdie) , de ziekte van Cushing ( hyperadrenocorticisme) of de ziekte van Addisson (hypoadrenocorticisme). Testosteron en oestrogenen worden voor een klein deel ook in de zeer kleine bijnier geproduceerd. Als de eierstok en de testikel verwijderd zijn, moeten de zeer kleine bijnieren de vraag van het lichaam naar deze hormonen overnemen. Daar zijn de bijnieren (bijnierschors) te klein voor en op termijn kunnen deze uitgeput raken en doorschieten in een over activatie (tumor) of een uitputting (hypo). 

De andere hormonen als adrenaline, aldosteron en de corticosteroïden komen in hun productie dan ook in gevaar, gezien deze ook door de bijnier (schors) gevormd worden. Al deze hormonen zijn van groot belang voor het in stand houden van een gezond honden en katten lichaam.  Een castratie van een reu, teef, kater of poes kan dus leiden tot een ongebalanceerd lichaam die met medicatie in stand gehouden moet worden.

Castreren van teven op jonge leeftijd zou melkklier tumoren kunnen beperken tot voorkomen. Studies hebben aangetoond dat een teef inderdaad beter gecastreerd kan worden als ze de tumoren heeft ontwikkeld. Het ontstaan van melkklier tumoren heeft echter andere oorzaken, zoals een overmaat aan suikers in de brokken en de Maillard reacties en een te hoog caloriegehalte in (rauwe) voeding. (High Calorie Diets). Elke dag dezelfde hoeveelheid eten in plaats van intermitterend vasten. Daarnaast de chemische substanties die honden en katten veel opnemen. Toxinen uit de omgeving maar ook teveel en ongecontroleerd ontwormen en antiparasitaire middelen die gegeven worden aan honden en katten zijn een mede oorzaak van het ontstaan van kanker en allerlei andere ziekten. Laat staan de jaarlijkse vaccinaties die beter gedaan kunnen worden op geleide van een titerbepaling.

Castratie op jonge leeftijd leidt tot een hogere schoftlengte van honden en katten. De groeischijven gaan later dicht na castratie en de groei gaat langer door. Dit kan allerlei gevolgen hebben op de bot ontwikkeling.

Gescheurde kruisbanden en andere problemen in ligamenten worden meer gezien na castratie dan bij ongecastreerde dieren. Prostaatkanker is niet gecorreleerd aan het aanwezig zijn van testikels met testosteronproductie. Tumoren van allerlei aard ontstaan juist vaker door de afwezigheid van testosteron en het normaal cyclisch zijn van teven. Geslachtshormonen beschermen juist tegen het ontstaan van kanker.

Het ontstaan van tumoren ligt veel meer aan de opstapeling van afval in cellen en verzuring waardoor mitochondriën hun werk niet goed meer kunnen uitvoeren. Secundair kunnen dan de geslachtshormonen meespelen, maar het is zeker niet de oorzaak van kanker.

Geslachtshormonen bepalen ook veel van het gedrag van je hond. Castreren of niet, is dan ook een serieuze overweging. Angstige reuen bijvoorbeeld kunnen angstiger worden na een castratie.

Je ziet dat de beslissing castratie of niet lastig kan zijn. Zeg ik dan nooit meer castreren? Nee zeker niet….

Ongebreideld overal nestjes laten ontstaan kan ook niet. Een bewuste eigenaar van een intacte reu of teef weet wanneer de teef loops is en kan zich daaraan aanpassen. Aangelijnd uitlaten, de loopse teef niet alleen in de tuin laten. Reuen zijn zo fanatiek als ze een loopse teef ruiken, dat ze deuren openen en door hekken heen de teef dekken!! Gezien intacte teven meestal twee maal per jaar, of minder,  loops zijn is dit best twee maal per jaar te controleren zodat er geen dekking plaats kan vinden.

Voor intake reuen geldt natuurlijk hetzelfde. Hou ze aan de lijn als er loopse teven zijn. Een goede opvoeding zeker in de eerste jaren is van cruciaal belang om je reu te kunnen beheersen in situaties als er loopse teven zijn.

Castreren is een privé zaak die verschilt van hond tot hond en van huishouden tot huishouden en van eigenaar tot eigenaar. Het is maatwerk dat goed doorsproken moet worden voordat besloten wordt het dier wel of niet te castreren.

Vaak moet je dan ook kiezen tussen de beste van de twee kwaden. Helaas…

Naast castreren bieden sommige dierenartsen ook de mogelijk je hond of kat te laten steriliseren (vasoectomie). In onze dierenkliniek bieden wij geen vasoectomie).
Bij een sterilisatie worden de eileiders of zaadleiders onderbonden. Er kunnen zo geen nestjes meer ontstaan. Wel blijft de teef de loopsheid houden. De reu blijft dekgedrag vertonen maar kan niet meer bevruchten. Bij een sterilisatie blijven de geslachtshormonen aanwezig met al hun positieve inwerkingen op de gezondheid van de hond.

Steriliseren van katten is nog geen optie. Ovulatie en dekgedrag verloopt bij katten wat anders. De nadelen van castreren bij katten is gelijk aan die van honden. Ook hier is maatwerk aan te bevelen en goed overleg te plegen voordat je besluit de ingreep te laten doen.

Samengevat. Het onvruchtbaar maken van je hond en kat kan grote gezondheidsrisico’s met zich meebrengen. Door voor- en nadelen goed af te wegen en met je dierenarts te bespreken kun je een wijze beslissing nemen. Zodat jijzelf en je dier een zo fijn mogelijke verstandhouding krijgen. Laat castreren nooit een “routine” ingreep worden of zoals wij vaak horen:

 “Mijn dier is geholpen.”

Referenties

J Vet Intern Med 2000;14:266–270. Effect of Spaying and Timing of Spaying on Survival of Dogs with Mammary Carcinoma Karin U. Sorenmo, Frances S. Shofer, and Michael H. Goldschmidt. 
Neutering of German Shepherd Dogs: associated joint disorders, cancers and urinary incontinence 2016. Benjamin L. Hart, Lynette A. Hart, Abigail P. Thigpen and Neil H. Willits Department of Anatomy, Physiology and Cell Biology, School of Veterinary Medicine, University of California-Davis, Davis, California, Department of
Population Health and Reproduction, School of Veterinary Medicine, University of California-Davis, Davis, California, and Department of Statistics, University of California-Davis, Davis, California,
Prepubertal neutering of dogs — some risks and benefits, Reproduction 2019
David Yates BVSc MRCVS; Rosa Leedham MRCVS; Royal Society for the Prevention of Cruelty to Animals, Salford M5 5NN. [email protected]
The veterinary nurse. An update on the risks and benefits of neutering in dogs Published Online:20 Apr 2018 https://doi.org/10.12968/vetn.2018.9.3.150