Vasten is van alle tijden. Het is in alle wezens op aarde evolutionair metabool ingebakken.
Tijden van schaarste werden afgewisseld met tijden van rijkdom. Dit heeft geleid tot metabole flexibiliteit in dieren. Een constant gewicht komt in de natuur niet voor en is onbekend in het evolutionaire geheugen van de cel in de dieren. De laatste 50.000 jaar is dit metabole proces niet veranderd. Eenvoudigweg omdat de receptoren op de cellen niet zijn veranderd. DNA zegt in deze niets enkel de receptoren op de cel zijn hier van belang.
De honden en katten van vandaag worden veelal gevoerd met brok en blikvoeding. Deze voeding is verhit geweest tussen de 145- en 75 graden Celsius. Dit destrueert vele nutriënten. Daarnaast bestaat brok voor een zeer groot deel uit geraffineerde suikers.
Naast deze voeding krijgen onze honden en katten vele tussendoortjes en staan de brokjes de gehele dag klaar. Samengevat eten ze dus de gehele dag gedurende het gehele jaar. Iets wat hun cellen evolutionair niet begrijpen. Wel begrijpelijk gezien je als eigenaar goed voor je dier wilt zijn en dan is eten geven een logisch gevolg. De vraag is enkel hoe goed ben je eigenlijk voor je dier als je ze altijd maar te eten geeft ?
Als je hond en kat de gehele dag door eten en zelfs al wanneer ze elke dag dezelfde hoeveelheden eten, ontstaat onder andere een verminderde gevoeligheid voor insuline. Vooral met brok en blikvoeding. Insuline is het hormoon dat onder andere de suikerspiegel regelt bij je dier. Als deze insuline gevoeligheid afneemt stijgen suikerspiegels en kan suikerziekte ontstaan.
Continu hoge suikerspiegels door veel geraffineerde suikers (= hoge glycemische lading en – index) en de gehele dag door kunnen eten, leidt tot een snelle opstapeling van wit vet in de buikholte. Samen met dit vet zal het afweersysteem op een laag pitje aangezet worden. Het langdurig aanzetten van dit afweersysteem zal uiteindelijk leiden tot vele ontstekingsstoffen continu door het lichaam. Ook zal dit langdurig geactiveerde afweersysteem energie pikken van andere organen en weefsels. Dit zal leiden tot een tekort aan energie in andere weefsels. Dit chronische energietekort in weefsels en organen leidt op termijn tot een ziekte. Een verkeerde verdeling van energie dus.
Dit zijn enkele van de gevolgen van continu eten en continu veel geraffineerde koolhydraten aan je hond en kat geven.
Wat is nu aan te bevelen om je dier een gezondere voedingsinformatie te geven? Juiste voeding is immers de juiste informatie voor een cel. Hier komt de oude uitspraak: “Voeding is je medicijn” van Hippocrates weer naar voren.
Hippocrates
Dieren die brok en blik eten kunnen niet zomaar intermitterend gaan vasten. Intermitterend vasten wil zeggen dat ze minimaal 16 uur geen voeding eten. Ze kunnen dit niet omdat ze insuline resistent zijn geworden. Als dit wel gebeurt, zal er een massale afbraak van vet ontstaan met de mogelijkheid van een leververvetting en te lage bloedsuikerwaarden die gevaarlijk voor de hersenfunctie kunnen zijn. Dit is niet gewenst.
Een langzame overstap (het liefst onder begeleiding van onze specialist dierenarts Erwin van Gijtenbeek) naar de rauwe voeding van CarniVoer is de correcte manier. CarniVoer bevat geen koolhydraten maar de juiste vetten, proteïnen en voldoende vocht. Dat laatste is een zeer belangrijk maar vaak onderschatte nutrient. Het beste is pups en kittens direct op de rauwe voeding van CarniVoer te zetten. De meest ideale situatie….
Door CarniVoer rauwe voeding te geven, verdwijnt de insuline resistentie en zal het afweersysteem minder energie nodig hebben en ontstaat dus weer een correcte verdeling van energie in het lichaam van je kat en hond.
Als deze overgang naar CarniVoer is gelukt en je dier staat een maand op CarniVoer met de benodigde supplementatie, kun je gaan beginnen met “intermittent fasting”.
Intermitterend vasten gaat als volgt. Geef je dier maximaal na 16 uur vasten één a twee maaltijden CarniVoer over de dag verdeeld. Haal de maaltijd na tien minuten weg. Geef ze ook niet elke dag dezelfde hoeveelheid Carnivoer. Dus bijvoorbeeld één dag de normale geadviseerde hoeveelheid. De dag erop de halve dosis. De dag erop driekwart, de dag erop de normale dosis en de dag erop de halve dosis.
Mitochondrium
Op deze wijze ontstaat een prikkel voor de cel de mitochondriale activiteit te verhogen. Een mitochondrium moet je zien als de “powercentrale” van de cel. Hoe meer je dier er in de cellen heeft des te efficiënter kan zij of hij met voeding omgaan. Anders gezegd. Ze kunnen dan uit de voeding tot wel negen keer meer energie halen. Wat vooral een prikkeling geeft deze mitochondriën te vermeerderen, is nuchter een grote inspanning met je hond en kat te gaan uitvoeren. Je prikkelt de cel meer mitochondriën te maken gezien de cel met minder energie moet gaan werken. Dus is efficiëntie toename van voeding van belang. Dat kunnen enkel mitochondriën realiseren en moeten deze dus toenemen.
Mitochondriën zijn van groot belang voor de gezondheid van je kat en hond. Evolutionair zijn het bacteriën waarmee zoogdier cellen zijn gaan samenwerken. Ook zijn ze van belang voor andere processen zoals apoptose. Apoptose is de natuurlijke celdood van een cel. Functioneert apoptose niet goed, kan de kans op het ontstaan van kanker toenemen.
Door intermitterend te vasten daalt de insuline resistentie. Nuchter bewegen geeft een stijging van de stof AMPK kinase. Deze stof maakt cellen gevoeliger voor insuline en leidt tot een nog beter gecontroleerde suikerspiegel. Dus meer weerbaarheid van de cel en dus meer gezondheid voor je hond en kat.
Ook hersencellen verbeteren door nuchter te bewegen en intermitterend vasten van je dier. “Brain Derived Neurotropic Factor” wordt gevormd door intermitterend te vasten. Deze stof geeft aanleiding tot het verbeteren van de verbindingen tussen de zenuwcellen in de hersenen van je dier. Je dier wordt slimmer en hersenaandoeningen kunnen verminderd worden. Denk aan bloedingen en dementie waar honden en katten ook mee te maken krijgen.
Intermitterend vasten, geen geraffineerde koolhydraten, CarniVoer voeren en nuchter intens gaan bewegen is een methode die ertoe kan leiden dat je meer plezier van je hond en kat gaat krijgen en een bezoek aan de dierenarts tot een minimum beperkt.
Opmerking: Deze kennis gaat over gezonde volwassen dieren. Andere dieren enkel onder veterinaire begeleiding dit laten ondergaan.